Ik zeg het vaker: “kill your darlings”. Laat je eigen ideeën los voor het hogere doel. Oorspronkelijk komt de uitspraak uit de wereld van de scenarioschrijvers. Je kan zo ‘verliefd’ zijn op jouw eigen verwoording dat je er geen afstand van kan doen. De vorige keer dat ik dat ‘kill your darlings’ gebruikte was toen de gemeenteraad opnieuw stevig in de buidel tastte om het zieltogende ‘Hof van Nederland’ uit het slop te trekken.

Het is vrij stil op dat vlak, maar een ermee samenhangend project – ‘Rivier, boot, stad – haalt inmiddels volop de krantenkolommen. Het kunstproject van de gedreven en sympathieke kunstenaar Edward Clydesdale Thomson nadert de apotheose van het project. Het door de stad slepen van de voltooide en dan zwartgeblakerde trekschuit.
Die moet van de Museumtuin via de Kloostertuin naar het Hof van Nederland worden getrokken door Dordtenaren die van touwtrekken houden.

Het einddoel is een lint van scheepsbrokstukken die als een permanente sculpturen de route vanuit het Dordt museum naar het Hof markeren. Daarbij – het is in een prachtige animatie te zien op de website www.rivierbootstad.nl – gaat de trekschuit dwars door de monumentale tuinafscheiding (uit 1904) van de museumtuin.

Daarover is inmiddels veel te doen. “Is dit een grap of om te huilen”, begon Kees Thies zijn column, waarin hij vraagtekens bij dit aspect van het kunstproject plaatst. “Je gaat niet eerst van iets een monument maken om er vervolgens gaten in te maken. Daar blijf je met je fikken van af”, tekende AD de Dordtenaar op uit de mond van Jaap Bouman. Ook Henk ‘t Jong en Jan Willem Boezeman reageren uiterst kritisch op het voornemen een deel van de muur en het hek te slopen om dat de boot van Edward Clydesdale er doorheen moet.

Ik vind het een mooi uitgedacht kunstproject. De beschrijving ervan, zowel de eerder genoemde website als op de webpagina van het Dordt Museum, boeit en overtuigt. Al blijf ik uitermate sceptisch dat dit project uiteindelijk bezoekers de weg doet vinden naar het hof van Nederland en overhaalt daar dan ook daadwerkelijk naar binnen te gaan.

Diep verankerd in onze fraaie stad ligt de clash tussen het koesteren van het verleden en meegaan in de vaart der volkeren. Hoewel ik buitengewoon hou van de monumentale gebouwen en de rijke historie van Dordrecht denk ik dat we niet louter naar het verleden moeten blijven turen, maar met een beetje lef en bravoure de toekomst moeten in durven kijken. Daarbij moet je ook durven kiezen om van koers te veranderen. Gaat het Hof van Nederland ooit voldoende geïnteresseerde bezoekers trekken? Ik betwijfel het. Ik zet mijn kaarten op de Kunstkerk. Op een beter centrum voor hedendaagse kunst, dan Pictura nu is. Dat ‘oudste tekengenootschap van Nederland’ is te introvert en gesloten. De façade van het gebouw lijkt te roepen: “Kom niet binnen!”. Ik zou de schepping- en verbeeldingskracht van een aantal Dordtse hedendaagse kunstenaars meer ruimte geven. Arno Coenen, Gerhard Lentink, Ralf Kokke, Diana van Hal. Om er maar een paar te noemen. De stad bruist van de getalenteerde kunstenaars.

De kunst is met respect voor het verleden het nieuwe vorm te geven. Daarbij hoort ook dat we als stad afscheid durven nemen van ‘trekpleisters’ die feitelijk allang niet meer in trek zijn. Kill your darlings.