Subsidies zijn helend voor starters en een ondersteuning voor niet-economisch winstgevende activiteiten, maar doorlopende subsidies werken al snel hulpverslavend en verstoort de concurrentie. Traditionele cultuur wordt door de politiek te veel gepamperd, het ambtelijk wereldje is in slaap gesukkeld.
In Dordrecht worden heel wat nieuwe criteria bedacht om extra aan de subsidiefles te mogen lurken, niet gebaseerd op bekwaamheid, creatieve input of kunstzinnige output, maar op integratie en positieve discriminatie. Dat dit knelt in de linkse sinterklaasschoen hoeft dus niemand te verbazen. De gretigheid waarmee de cultuurgrootmoefti’s als roeptoeters, gesteund door de beleidskoelies, begint meer en meer op een loutering van hun eigen subsidiedealers te lijken dan op een realistisch veldonderzoek.
Op het subsidie-eiland geldt dus nog steeds het recht van de sterkste en slimste. Laten we hopen dat na corona de gefilterde, en heraangelegde cultuurwereld weer gaat floreren, met minder dure structuren en tussenbazen en met rationele samenwerkingsafspraken.