Langs de Spuiboulevard (foto: Gertjan Kleinpaste)

De prijs van een aaneenschakeling van planologische mislukkingen is veel hoger dan de kosten voor een goede, maar ogenschijnlijk dure oplossing. Of, zoals mijn ouders mij vroeger zo vaak voorhielden: “Goedkoop is duurkoop”. “Spaar nu even even door, jongen en koop dan een paar maanden later iets dat degelijk is.”

Het ontbreekt ons stadsbestuur aan een heldere toekomstvisie. Een gedegen lijn als het gaat over planologie. over stadsontwikkeling en stedenbouw. Zo verwierf de gemeente ooit de huisjes aan de Weeskinderendijk en verkocht ze weer om nu, een jaar of zes later, via de wet Voorkeursrecht dezelfde huisjes weer te willen verwerven. Op het Maasterras zal een prachtige woonwijk verrijzen. Zoals eerder the Sky the limit leek voor Stadswerven ziet het er op de tekentafel allemaal prachtig uit. In de realisatie van Stadswerven reikte de ambitie al snel niet meer tot aan de hemel en ik ben bang dat de ontwikkeling van het Maasterras, wellicht zelfs degene Spoorzone, hetzelfde lot treft.

Ooit was er een politicus die visie zoiets als een olifant vond die maar hinderlijk in de weg stond. Ik snap ook als geen ander dat in een politiek systeem met vijftien of zestien raadsfracties en even zovele ideeën en gedachten over ontwikkelingen lastig is een aansprekend en gloedvol toekomstperspectief tot stand te brengen. Bovendien is geld vaak een belemmerende factor. De bomen reiken immers niet tot aan de hemel. Al kan je veel geld aan het verkeerde uitgeven of nog iets meer geld aan precies het goede.

Neem nou bijvoorbeeld de vurige wens om de binnenstad autoluw te maken en vanaf 2025 liefst ook alleen toegankelijk voor auto’s die weinig of geen rotzooi uitstoten. We konden op 24 oktober in AD de Dordtenaar lezen hoe een binnestadsbewoner schetst dat er alvast is begonnen geleidelijk aan het aantal parkeerplekken in de binnenstad te reduceren. Onderwijl trots verwijzend naar het plan om onder de Grote Markt een parkeergarage aan te leggen. Een parkeeroplossing waarvan je op voorhand kan vaststellen dat die niet toereikend zal zijn.

Wil je in de binnenstad de auto’s echt uit het straatbeeld dat vraagt dat erom een aantal bestaande parkeergarages uitsluitend te bestemmen voor de inwoners van de binnenstad. Daarnaast zijn er twee dure, maar noodzakelijk parkeeroplossingen nodig: een parkeergarage onder de Wolwevershaven en een langgerekte parkeergarage onder de Spuiboulevard. Een investering in een binnenstad waar de leefbaarheid, de ruimte voor groen en dus ook voor het terugdringen van hittestress, en de verblijfskwaliteit voor inwoners en bezoekers toeneemt. Een binnenstad waaraan je kwaliteit kunt toevoegen.

Een mooie toekomstvisie is wat dat betreft één ding, eraan vasthouden is een tweede. De transitie om tot die aanlokkelijke visie te komen, is altijd lastig. Al was het maar om dat in iedere verandering waarbij je een prachtige nieuwe situatie voor ogen hebt een fase bestaat waarin veel mensen, onzeker over die nieuwe werkelijkheid, kiezen voor de zekerheid van de oude structuren en met man en macht proberen de vernieuwing af te remmen of stop te zetten. De politiek beantwoordt dit fenomeen, het transitiemodel van Tesmer, door mee te huilen met de wolven in het bos. Door hun oren te laten hangen naar de critici en naar de weerstand. Vanuit electorale overwegingen of vanuit populistische motieven. Visie vraagt een rechte rug en vooral het vermogen op weerstand te reageren door mensen voor te gaan naar die nieuwe werkelijkheid en hen te laten voelen en ervaren dat het de juiste weg is. Een betere en meer duurzame weg dan het loslaten van ambitie door daar op allerlei manieren concessies aan te doen.