Ik ben niet erg van verbieden, laat staan van betuttelen, maar soms kom je er niet onderuit dat je graag zou willen dat iets werd verboden. Wat dan? De fatbike en aanverwante vehikels. Nu ja helemaal verbieden is een groot woord, maar er moet iets aan worden gedaan.

De laatste paar zomerdagen ben ik vanaf het terras van Visser aan de Groenmarkt bewust op het verkeer gaan letten. Nog niet zo lang geleden werd die straat op mooie dagen geteisterd door idioten die langs stormden op loeiende quads of motoren. Daar is redelijk effectief een einde aan gemaakt door cameracontrole, waardoor de pakkans voor lui zonder vergunning, die daar niets te zoeken hebben, ernstig is vergroot.

De fatbike en de elektrische fiets zijn ervoor in de plaats gekomen. Ik heb in een paar uurtjes tientallen van die dingen voorbij zien stuiven. Meestal bereden door net uit hun kleutertijd gegroeide snotneuzen van een jaar of negen, of door maaltijdbezorgers die de laatste tijd opvallend vaak geen fietshelm meer dragen, ondanks hun roekeloos verkeersgedrag. Ook bestuurders van elektrische scooters, die je evenmin hoort aankomen, gedragen zich vaak gevaarlijk. Daarbij komt dat steeds meer domoren denken dat de Groenmarkt een wandelstraat is en soms met een heel gezelschap, inclusief kinderen, midden op de rijweg lopen.

Het is wachten op een stevig ongeluk. Ook op de Voorstraat, waar vrijwel niemand zich iets van het fietsverbod aantrekt, zeker de fatbikekindertjes niet. Een halt toeroepen aan die kinderen is niet alleen een zaak van politie en handhaving, die zich best wat meer mogen inspannen, maar vooral van de ouders. Wat voor een sneue kneus zonder verantwoordelijkheidsgevoel ben je als je je snotneus op een fatbike of elektrische fiets laat rijden? Gelukkig is het dit weekeinde Big Rivers, waardoor een aantal straten voor het verkeer is afgesloten. Dat geeft fatbikerust, maar zullen de kindertjes en de maaltijdhooligans zich daar iets van aantrekken? We gaan het zien.

Foto: Kees Klok