Vincent Schotel. Foto: Ilse Schrier

Tekst en interview John Peters. Foto en video: Via Cultura

In gesprek met Vincent Schotel zweef ik op een wolk. Ik denk terug aan begin 80’er jaren toen ik met lang haar in een roze tuinbroek demonstreerde voor wereldvrede en tegen kruisraketten. Samen met mijn hippie-vrienden geloofde ik in een betere wereld. Sindsdien is het niet beter geworden, maar door de positieve uitstraling van Vincent begin ik toch te geloven dat het nog goed kan komen met deze wereld.

Vincent is vrijwilliger in “het Koffiehuis” en hij vindt het leuk om de buurt schoon te houden. Met een prikker en een vuilniszak loopt hij regelmatig door de wijk. Om het nog mooier te maken repareert hij ook nog eens elektrische apparaten, die anders weggegooid zouden worden, voor mensen die geen nieuwe apparatuur kunnen aanschaffen.

Hij heeft een burn-out gehad en is aan het re-integreren in “het Koffiehuis”. Daarnaast heeft hij meer dan genoeg tijd over, die hij vult met koffie drinken en kletsen met andere buurtbewoners. Hij vindt een goede buurt en een goed netwerk belangrijk en is hij bereid daar energie in te steken. Hij helpt mensen die hulp nodig hebben en dat is wederkerig. Wanneer hij hulp nodig heeft zijn er genoeg buren die voor hem klaar staan. Door elkaar te leren kennen kom je erachter wat je kwaliteiten en gebreken zijn. Wanneer ik insinueer dat het ook eigenbelang is pareert hij met: “Als je buurt het goed doet, doe jij het ook goed”. Bam………, daar heb ik niet van terug. Hij vindt het niet belangrijk dat hij er iets voor terugkrijgt, maar hij vindt wat hij zelf nodig heeft en dat is gezelschap. Hij vindt het juist belangrijk dat je energie toevoegt. Zijn overtuiging is dat die energie vanzelf terugkomt. Ik denk: “geef hem een baan bij Eneco, dan lost hij de energiecrisis ook meteen op”.